Report NGG Conference Religion/Imagination

(Voor Nederlands, zie onder)

The biennial NGG conference that took place at Utrecht University from 5–7 November 2025 was a resounding success! The conference was very well attended by a multigenerational and multidisciplinary audience, bringing together nearly two hundred early-career researchers, established scholars, students, and practitioners. The atmosphere throughout the three days was collegial, generative and intellectually lively, and demonstrated clearly that the study of religion and imagination is both academically robust and socially relevant.

Across the programme, it became clear that “imagination” did not function as a single object, but as a multi-sited analytic. Some papers treated imagination as a cognitive capacity — a human faculty that mediates between perception and interpretation. Others foregrounded imagination as a social imaginary — a collectively stabilised horizon of plausibility through which categories, values and hierarchies are sedimented. A third group approached imagination as a technique — a set of practices (aesthetic, pedagogical, curatorial, media-technical) through which affect and attention are actively shaped. And still others showed imagination as a space of experimentation — where subjunctivity, “as-if” worlds, and ludic play make alternative arrangements thinkable. Taken together, these papers demonstrated that imagination is not the opposite of the real, but one of the ways in which the real is produced, circulated, and contested — in intimate life, in heritage and media environments, and in the political sphere.

At the same time, the conference was full of convergence: even when imagination was defined differently, it repeatedly appeared as material and infrastructural. Whether scholars analysed devotional media, built environments, museum design, legal discourse, or digital platforms — imagination emerged not simply as a private interior faculty, but as something generated in and through forms, formats, techniques and environments. In other words: imagination was actionable. It had mechanics. It was designed, manipulated, curated, ritualised, circulated. This was addressed in the two keynote lectures — James Bielo (Northwestern University) and Sertaç Sehlikoglu (University College London) — each, from different angles, contextualised imagination within wider debates on mediation, knowledge, materiality and world-making. This convergence suggests that the study of imagination in the study of religion compels us to move beyond a residual psychology-of-representation, beyond an approach that contrast imagination with reality and towards a cultural analysis of imagination as production — a field in which actors and institutions actively make possible certain worlds (and make others less thinkable).

Particularly impressive was the presence of so many up-and-coming scholars of religion. The organising committee had taken extra care to include early career researchers in the plenaries and panels, and had allotted funds to make participation for students free of charge. The result was not just an amazingly diverse crowd of participants, but also a lively collegial intergenerational community that shared ideas freely and creatively.

The department of Philosophy and Religious Studies of Utrecht University showcased itself as an excellent hub of interdisciplinary studies of religion. Taking place in the beautiful buildings of its campus and supported by students of UU’s various programmes in Religious Studies, Utrecht University was an ideal host for this conference. Also, the NGG is proud to report that there is a considerable influx of membership. And, following the result of one of the panels on Religion and Social Media, a new working group on religion and social media might be in the works. Follow NGG on Linkedin or keep an eye on our website to be kept in the loop. Also, the NGG will organize future events, including the Spring Meeting on Religion and AI (May 1st) and the 2027 conference of the European Association for the Study of Religion. Do you want to become a member or do you want to join our mailinglist? Send us an email or join our new Linkedin page via this link.

All in all, we look back on the conference with pride and optimism about the future of our field. Even, or especially, when the study of religion is in rough weather and in many universities the study of religion is under pressure, conferences like these are excellent ways to stimulate collaboration, showcase our work and remind ourselves that we are a blossoming and relevant field of study. See below for a selection of photographs of the event.

Organizing committee: Louise Boyne (HUC/KNAW), Margreet van Es (UU), Johanneke Kroesbergen-Kamps (UvA/NGG), Birgit Meyer (UU), Erik Meinema (UU), Ernst van den Hemel HUC/KNAW, UU).

all photos by Johanneke Kroesbergen-Kamps

Verslag Conferentie Religie / Verbeelding NGG, 5–7 november 2025

De tweejaarlijkse NGG-conferentie vond plaats aan de Universiteit Utrecht van 5 tot 7 november 2025 en werd zeer goed bezocht door een publiek van verschillende academische generaties en disciplines. Bijna tweehonderd jonge onderzoekers, gevestigde wetenschappers, studenten en professionals kwamen samen. De sfeer gedurende de drie dagen was collegiaal, stimulerend en intellectueel levendig, en liet duidelijk zien dat de studie van religie en verbeelding zowel academisch robuust als maatschappelijk relevant is.

Door het hele programma heen werd duidelijk dat “verbeelding” niet fungeerde als één enkel object, maar als een meervoudig analytisch begrip. Sommige bijdragen behandelden verbeelding als een cognitieve capaciteit — een menselijke vaardigheid die bemiddelt tussen waarneming en interpretatie. Andere presentaties benadrukten verbeelding als een sociaal imaginaire orde — een collectief gestabiliseerde horizon van plausibiliteit waarlangs categorieën, waarden en hiërarchieën worden gevormd. Een derde benadering zag verbeelding als een techniek — een geheel van praktijken (esthetisch, pedagogisch, curatoriaal, mediatechnisch) waarmee affect en aandacht actief worden gevormd. Weer anderen beschouwden verbeelding als een experimentele ruimte — waar het “alsof”, het ludieke spel alternatieve constellaties mogelijk maken. Gezamenlijk toonden deze bijdragen aan dat verbeelding niet het tegenovergestelde van het reële is, maar juist een van de manieren waarop het reële wordt geproduceerd, gecirculeerd en betwist — in het persoonlijke leven, in erfgoed en media, en in de politieke sfeer.

Tegelijkertijd viel er een sterke samenhang op: zelfs wanneer verbeelding verschillend werd gedefinieerd, kwam ze herhaaldelijk naar voren als iets materieels en infrastructureels. Of onderzoekers nu devotionele media, ontworpen omgevingen, museumontwerpen, juridische discoursen of digitale platforms analyseerden — verbeelding verscheen niet louter als een innerlijke, individuele gave, maar als iets dat tot stand komt in en door vormen, formats, technieken en omgevingen. Met andere woorden: verbeelding was verwoven met handelen. Ze had een mechaniek. Ze werd ontworpen, gemanipuleerd, gecureerd, geritualiseerd, gecirculeerd. Dit kwam ook aan bod in de twee keynotelezingen — van James Bielo (Northwestern University) en Sertaç Sehlikoglu (University College London) — die elk vanuit een ander perspectief verbeelding contextualiseerden binnen bredere debatten over mediatie, kennis, materialiteit en wereldvorming. Uit dit rijke programma bleek dat de studie van verbeelding binnen de religiewetenschap ons uitnodigt om voorbij te gaan aan een benadering die verbeelding tegenover realiteit stelt — en toe te bewegen naar een culturele analyse van verbeelding als productie: een veld waarin actoren en instituties actief bepaalde werelden mogelijk maken (en andere minder denkbaar).

Bijzonder indrukwekkend was de aanwezigheid van zoveel jonge religiewetenschappers. De organiserende commissie had er speciaal voor gezorgd dat beginnende onderzoekers betrokken waren bij de plenaire sessies en panels, en had middelen vrijgemaakt om deelname voor studenten kosteloos te maken. Het resultaat was niet alleen een opmerkelijk diverse groep deelnemers, maar ook een levendige, collegiale en intergenerationele gemeenschap waarin ideeën vrij en creatief werden gedeeld.

Het departement Filosofie en Religiewetenschap van de Universiteit Utrecht presenteerde zich als een voortreffelijke gastheer en als een belangrijk centrum voor interdisciplinair onderzoek naar religie. De conferentie vond plaats in de prachtige gebouwen van de UU-campus en werd ondersteund door studenten uit verschillende religiewetenschappelijke opleidingen — een ideale locatie voor deze bijeenkomst. Het Nederlands Genootschap voor Godsdienstwetenschap (NGG) is daarnaast trots te kunnen melden dat het aantal leden aanzienlijk is gegroeid. Naar aanleiding van een van de panels over religie en sociale media is bovendien een nieuwe NGG-werkgroep over religie en sociale media in oprichting. Volg het NGG op LinkedIn of houd onze website in de gaten om op de hoogte te blijven. Het NGG organiseert ook toekomstige evenementen, waaronder de Voorjaarsbijeenkomst over Religie en AI (1 mei) en de EASR-conferentie van 2027. Wil je lid worden of je aanmelden voor onze mailinglijst? Stuur ons een e-mail of sluit je aan via onze nieuwe LinkedIn-pagina via deze link.

Al met al kijken we met trots en optimisme terug op deze conferentie en op de toekomst van ons vakgebied. Juist nu de religiewetenschap in woelige tijden verkeert en aan veel universiteiten onder druk staat, vormen conferenties als deze een uitstekende manier om samenwerking te stimuleren, ons werk zichtbaar te maken en onszelf eraan te herinneren dat we een bloeiend en relevant onderzoeksveld vormen.

Organisatorisch comitė: Louise Boyne (HUC/KNAW), Margreet van Es (UU), Johanneke Kroesbergen-Kamps (UvA/NGG), Birgit Meyer (UU), Erik Meinema (UU), Ernst van den Hemel HUC/KNAW, UU).

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *